Juf Rita pcbs 't Mozaïek
 
(Advertentie)
(Advertentie)
Welk woord hoort bij het plaatje ? (gesloten twee lettergrepige woorden)
Flitsen -Welk woord hoort erbij (mkmmm-mmmkm)
Welk woord hoort bij het plaatje ? (mkmmm-mmmkm)
(Advertentie)

DICTEE : kijk naar het woordje en type het in het vakje

(Advertentie)
Welk plaatje hoort bij het woord - gesloten twee lettergrepige woorden

sok – sokken.

 

“De klinker /o/ klinkt kort. En er staan twee dezelfde medeklinkers in het midden. Als een klinker staat voor twee dezelfde medeklinkers, klinkt die kort.

 

(Advertentie)
Welk plaatje hoort bij het woord ? (woordjes slepen)
Welk woord zag je ? - Kijken en maak/type het woord

bekijken -lezen -onthouden - opschrijven - nakijken 

LEZEN GROEP 3 - THUIS LEREN

 

GRIJS = KERN 10 VLL

PAARS = SPELLING

GEEL = LEZEN 

GROEN = KERN 9

 

  • VOORLEZEN (door iemand anders)
  • SAMEN LEZEN
  • ZELF LEZEN (jij)

Dit kan heel goed met het boekje Velig en VLot !

Deze blz. mag je vaker lezen want dan gaat het ook steeds beter en vlotter !

Welk woord hoort bij het plaatje ?

Welk woord hoort bij het plaatje ?

Welk woord hoort bij het plaatje ?

aai ooi oei - oefenen - woordjes schrijven
(Advertentie)
(Advertentie)
Begin je dag goed en zing mee met dit liedje !

Zoem is ook super blij als hij jullie elke dag ziet in de speeltuin !

Je kunt nu ook gelijk naar MOO om daar Zoem te doen.Yurls en Teams staan daar ook voor je klaar.

Elke dag woordjes lezen. Het gaat dan steeds vlotter !

Opnieuw (herhaald) lezen is goed.

Het gaat steeds vlotter en beter !

Laat maar eens hardop horen aan mama of iemand anders.

Hier leer je veel van !

Lukt het jou om dit 15x te lezen?

KNAP !

Techniekspel

 

Dit is een spel voor twee spelers. Print werkblad 1 met de lottokaarten en werkblad 2 met de spelkaartjes. Laat je kind de voorwerpen op de spelkaartjes hardop lezen. Knip de spelkaartjes los. Verzamel onderstaande voorwerpen: 

 

  • nietje
  • speldje
  • sponsje
  • stukje papier
  • klontje suiker
  • houten prikker
  • muntje
  • dopje van een stift
  • kurk
  • dopje van een bierfles
  • spijker
  • gum
  • magneet(je)

Leg de voorwerpen in een mandje, met het magneetje ernaast. Zet een bakje water klaar. Geef iedere speler een lottokaart. Leg de losgeknipte spelkaartjes omgekeerd in het midden van de tafel.

 

Zo speel je het spel:

 

Neem om beurten een spelkaartje en lees wat er op het kaartje staat. Zoek op de lottokaart waar het kaartje hoort: is het iets wat drijft, zinkt, oplost, of juist niet? Weet je kind het antwoord niet, dan kan hij het met de voorwerpen in het mandje zelf onderzoeken. Wie het eerst de lottokaart vol heeft, is de winnaar!

 

Wat goed dat je thuis aan het werk bent voor school !

Wij zijn super trots op jou!

 

Maak er meer van - niet één maar twee
Welk plaatje hoort bij het woord? (gesloten twee lettergrepige woorden)
Welk woord hoort bij het plaatje ? (gesloten twee lettergrepige woorden)
Welk plaatje hoort erbij ? (ng-nk-ch-cht-je-pje-tje)